Hoe zorg je dat je stem minder moe wordt tijdens het zingen?
Bij veel amateurzangers hoor je op een gegeven moment de vermoeidheid in hun stem toeslaan. Hoe verder de gitaren opengaan, hoe meer ze proberen om hun stem kracht bij te zetten.
Dat doen ze door de stem zwaar te maken, te duwen en te pushen. Als opgepompte bodybuilders. Maar van continu gewichtheffen wordt je moe.
Daarom moet je niet sterk zijn, maar slim. Door zangtechniek te gebruiken.
In dit geval: door met resonans te zingen.
Zingen met resonans is de heilige graal van de zangtechniek.
Resonans betekent dat je jouw stem naar de holle ruimtes in je hoofd stuurt. Dat doe je zodat de geluidsgolven een klankkast hebben om tegen te weerkaatsen.
Vergelijk het met zingen in een bezemkast versus zingen in een koepelkerk. In een koepelkerk krijgt je stem de ruimte. De geluidsgolven weerkaatsen tegen de koepel. Zo krijgt je stem volume. Daar hoef je geen enkele moeite voor te doen.
Dat doe je dus ook als je met resonans zingt. Je gebruikt je schedelpan als koepel.
Makkelijk gezegd. Maar hoe dóe je dat?
En voor mij als dirigent komt daar nog een probleem bij. Want hoe laat je een grote groep koorzangers met resonsans zingen, als je niet de tijd hebt om ze individueel zangles te geven?
Onlangs besloot ik daarom om niet langer te vertellen over zangtechniek, maar om zangtechniek te tekenen.
Hier de tekening. De rechtertekening is het ideaalplaatje.